werkwoordpakket 2b


Vul de juiste persoonsvormen in.
Bij sommige woorden kun je hulp krijgen: klik daarvoor op de knop met het sterretje.
Vul de juiste persoonsvorm in in de tegenwoordige tijd.

zweten: Na de gymles ik vreselijk.
vergroten: We onze woonkamer.
posten: Jij de brief meteen.
haasten: De kinderen zich naar huis.
trachten: Hij een doelpunt te maken.

En nu in de verleden tijd:

zweten: Na de gymles ik vreselijk.
vergroten: We onze woonkamer.
posten: Jij de brief meteen.
haasten: De kinderen zich naar huis.
trachten: Hij een doelpunt te maken.

Vul nu een persoonsvorm en een voltooid deelwoord in:

zweten: Na de gymles ik vreselijk .
vergroten: We onze woonkamer .
posten: Jij de brief meteen .
haasten: De kinderen zich naar huis .
trachten: Hij een doelpunt te maken.