Alle voltooide deelwoorden!


Vul het voltooid deelwoord in.
werkwoorden met aan:
aantrekken: Ik heb
aanwijzen: Ik heb
aangeven: Ik heb
aankomen: Ik ben

werkwoorden met be:
bespreken: Ik heb
bewijzen: Ik heb
bezoeken: Ik heb

woorden met ver:
verbreken: Ik heb
verdrinken: Ik ben
verdwijnen: Ik ben
verschijnen: Ik ben
vertrekken: Ik ben
verkiezen: Ik heb
verwijzen: Ik heb

woorden met uit:
uitblazen: Ik heb
uitkiezen: Ik heb
uitwijzen: Ik heb
uitzoeken: Ik heb
uitgeven: Ik heb

woorden met op:
opblazen: Ik heb
opgeven: Ik heb
opschrijven: Ik heb
opzoeken: Ik heb

woorden met over:
overblijven: Ik ben
overdrijven: Ik heb
overschrijven: Ik heb

woorden met ont:
ontvangen: Ik heb
onthouden: Ik heb

woorden met onder:
onderbreken: Ik heb
onderzoeken: Ik heb

worden met door:
doorgeven: Ik heb
doorgaan: Ik ben

de rest:
deelnemen: Ik heb
genezen: Ik ben
voorlezen: Ik heb
achterblijven: Ik ben
toegeven: Ik heb
binnenkomen: Ik ben
meebrengen: Ik heb
thuiskomen: Ik ben